Apichatpong Weerasethakul – Cinema as Dream

Hersenonderzoeker Ysbrand van der Werf is senior scientist aan het Nederlands Herseninstituut en auteur van het populair wetenschappelijke boek Iedereen slaapt (2016). Bij het gesprek met hem vertoont EYE Cemetery of Splendour van Apichatpong Weerasethakul.

Over Cemetery of Splendour

Een hospitaal aan de rivier verandert in handen van Apichatpong Weerasethakul in een betoverde wereld, aards en magisch tegelijk. Een droomachtige reis vol weemoed en mystiek, die bijna onmerkbaar beweegt tussen heden en verleden.

In een dorpje langs de Mekong-rivier verblijven 27 soldaten in een geïmproviseerd hospitaal. Ze lijden aan een narcolepsie, oftewel een slaapziekte, een aandoening waarvan de herkomst nog altijd een mysterie is. De wat oudere Jenjira ontfermt zich over de jongens en krijgt met een van hen, Itt, een hechte band. Intussen ontdekt medium Keng dat het hospitaal op heilige grond staat: de graven van Thaise koningen. Grootmeester Weerasethakul schildert een betoverde wereld waarin heden en verleden, magie en aardsheid onlosmakelijk zijn verbonden en de tijd zachtjes voorbij glijdt. Ook nu weer vertelt hij zijn verhalen over geesten en de balsemende kracht van de jungle met een mild surrealisme. Kijken naar een film van Weerasethakul is als dromen met de ogen wijd open.

Cemetery of Splendour werd volledig opgenomen in Khon Kaen, de thuisstad van Weerasethakul. Het ziekenhuis, een voormalige schoolgebouw, kun je makkelijk als metafoor voor heel Thailand zien. De stad is in korte tijd erg veranderd door de militaire dictatuur. In een interview vertelde Weerasethakul dat het slapen en dromen van de soldaten in het ziekenhuis gekoppeld kan worden aan de politieke situatie in het land. Naast een bedwelmend filmgedicht is Cemetery of Splendour dan ook een van Weerasethakuls meest politieke films, een subtiele, persoonlijke allegorie van Thailands sociale en politieke geschiedenis. "Alsof een film je nieuwe ogen geeft: alleen een genie als Weerasethakul krijgt dat voor elkaar." de Volkskrant