Barton Fink

Broadway-toneelschrijver Barton Fink geniet nog na van de lyrische recensies voor zijn sociaal-realistische melodrama Bare Ruined Choirs, als Capital Pictures hem anno 1941 uitnodigt om naar Hollywood te komen. Want mensen zouden behoefte hebben aan zijn 'poëzie van de straat’.

En zo geschiedde dat de goedbedoelende toneelschrijver zich in een ranzige hotelkamer in Hollywood vestigt om zijn eerste script te schrijven voor de excentrieke mogul Jack Lipnick. Het enige probleem is dat het een worstelfilm is, niet helemaal zijn genre, waardoor Fink een ernstig geval van writer's block ontwikkelt. Hij hoopt geïnspireerd te worden door zijn buurman, een ogenschijnlijk joviale verzekeringsagent (John Goodman), in Finks ogen het wandelende voorbeeld van de 'gewone man'.

Opnieuw laten de Coens een fijngevoelig man laveren langs de vele kronkelige verhaalwendingen die in al hun werk terug te vinden zijn. De Coens schakelen net zo makkelijk van broeierig psychodrama en film noir naar kolderieke satire en gothic fantasie. Toch hangt op de een of andere manier alles met alles samen, dankzij het voortreffelijke script van de Coens, die hiermee destijds in Cannes (winnaar Gouden Palm) als nieuwe genieën werden verwelkomd.

Om zich voor te bereiden op zijn rol als zelfbenoemde verdediger van de kleine man, baseerde Turturro zich op Clifford Odets, de toneelschrijver die het proletariaat omarmde. Studiohoofd Jack Lipnick is een mengelmoes van vroege filmmagnaten, van Louis B. Mayer tot Harry Cohn.|

Vertoning van de 4K-restauratie.