Charade

Na zijn succes als vernieuwer van het musicalgenre in de (late) jaren veertig en vijftig – vaak als coregisseur van het fenomeen Gene Kelly, met wie hij klassiekers als Singin” in the Rain (1952) en On the Town (1949) maakte –, wist Donen opnieuw te verrassen met romantische komedies en thrillers.

'the hell out of the way'

Voor Charade (1963) koos Donen Cary Grant en Audrey Hepburn als hoofdrolspelers, indachtig zijn motto dat voor het maken van een geslaagde film niet meer nodig is dan je “met de beste vakmensen te omringen”. Stonden die eenmaal op de set, dan was het een kwestie van “the hell out of the way” blijven, vertelde Donen met veel gevoel voor zelfspot in zijn lessen aan aanstormende filmmakers, onder wie bijvoorbeeld Steven Spielberg.

Ook de bijrollen in deze suspensekomedie zijn sterk bezet; Donen koos onder meer Walther Mathhau en James Coburn. Voor de jazzy score tekende Henry Manicini (The Pink Panther) en Donen wist ook het romantische decor van Parijs, met zijn wirwar van straatjes, bruggen, schilderachtige zolderverdiepingen en makkelijk te bereiken daken volledig uit te buiten.

charmante oudere man

De storyline is even simpel als effectief en dient als ruggengraat voor het spel tussen de sterren Hepburn en Grant. Hepburn ontdekt dat haar overleden echtgenoot een fortuin heeft achtergelaten dat hij zorgvuldig verborgen heeft gehouden; al gauw wordt de weduwe van alle kanten belaagd, een charmante oudere man (Cary Grant) schiet te hulp. Maar zijn z”n motieven zuiver?

Een even noodzakelijke als vermakelijke love story krijgt vorm; saillant detail: Grant suggereerde de rollen om te draaien: hij zou met snedige oneliners verleid worden door Hepburn, waardoor Charade de boeken is ingegaan als een van de eerste feministische romantische komedies.

Lees hier de necrologie van Stanley Donen.