You Have to Come and See It

Jonás Trueba schetst het neurotische westerse leven in zijn kleinschalige maar eindeloos rijke nieuwe speelfilm. Twee stellen komen bij elkaar voor een concert en een borrel nadat ze maandenlang van elkaar gescheiden zijn geweest door de coronapandemie en grote levensgebeurtenissen. De twee ontmoetingen, in de winter en de zomer, spelen zich af in Madrid en op het platteland. Hier kunnen we meeluisteren met hun gesprekken die op subtiele wijze hun emotionele en intellectuele leven, persoonlijke wrok en angsten onthullen.

Trueba legt in zijn tedere, mild-humoristische film de dromen en angsten van de dertigers bloot. Een nostalgisch gesprek in de stad en een huisbezoek op het platteland zijn voor Trueba genoeg om een sfeervolle praatfilm te maken die even melancholisch is als een Woody Allen-film en even meanderend als een van Éric Rohmer.