Een foto van een paar ontblote buiken leidde tot Paul en Paul waarmee Hugo Drechsler afstudeerde. In die documentaire krijgt Paultje (61) in de gevangenis te horen dat hij nog maar kort te leven heeft. Hij keert terug naar zijn oude thuis, in Amsterdam-Noord, bij vastgeroeste broer Paul (79). Hun moeizame broederschap is geworteld in hun duistere familiegeschiedenis. Inmiddels wordt gewerkt aan een vervolg. “Sjoerd, de eindredacteur van BNNVARA, was bij de eindmontage en zei direct dat hij meer wilde zien, en vroeg om ideeën voor een langere versie met hem te delen. We filmen de vergankelijkheid van twee mannen. Eerst was Paultje ziek, hij had falende nieren. Nu is ook Paul ziek, die had al kanker, maar dat is nu uitgezaaid. Hij is uitbehandeld.”
Feitelijk filmt Hugo dus stervende mensen. Dat klinkt zwaar. “Ik heb Paul en Paul in 2021 leren kennen, en sindsdien is een onverwachte vriendschap ontstaan, Paultje spreek ik dagelijks op WhatsApp. In het begin zei ik altijd: ‘Het zijn filmpersonages, het doet me vast niet zo veel’, maar als Paultje nu het loodje legt dan is dat wel heel pijnlijk. Ik vraag me ook af hoe Paul straks verder gaat als Paultje er niet meer is. Hebben ze alles besproken? Tegelijkertijd is het dramatisch gezien voor de film natuurlijk wel superinteressant. Ik gun ze het beste, maar ben ondertussen wel alles aan het filmen.”
Voor veel mensen zal het een onneembare horde zijn om twee mannen in een voortuintje in Amsterdam-Noord aan te spreken. “Bij Paul en Paul voelde ik aan dat ik wel een goed gesprek met ze kon hebben. Volgens mij groetten ze me ook, zeiden ze goeiedag ofzo. Voor je het weet maak je een praatje, maak je een foto en dan bam! Maar ik vind het ook eng. Filmmaken is voor mij een tool om achter de deur te komen bij mensen. Ik ben zo extreem nieuwsgierig!” Ridiculisering lijkt op de loer te liggen bij het maken van een documentaire over zo’n duo. “Het belangrijkste is dat je oprecht geïnteresseerd bent in die mannen. Vooral in de pre-productie heeft het veel tijd gekost om te bedenken hoe we ethisch om kunnen gaan met de mannen. Ze zijn lomp, stelen fietsen en drinken halve liters pils in de voortuin. Tegelijkertijd staan er zware verhaallijnen tegenover. Het grappige moet er wel in blijven, daar begon mijn fascinatie mee. Ze zien zichzelf niet als slachtoffer, dus ik zou ze tekort doen door ze als zielige mannen neer te zetten.”
Blik op de toekomst: Hugo Drechsler
Vol goede moed en met een ongebreideld enthousiasme komen elk jaar weer net afgestudeerde filmmakers van hun opleiding af om hun nieuwe ideeën met de wereld te delen. En dan zijn er nog de autodidacten, die zelf hun weg vinden in de wondere wereld van film. Eye spreekt met deze nieuwe makers, wiens namen misschien voor altijd gaan horen bij de klassiekers van morgen.
Door Michael Oudman02 juli 2024

© Alex Pandora
Hugo Drechsler (1998) studeerde in 2023 af met zijn documentaire Paul en Paul en startte daarna direct zijn productiebedrijf Mooie Nel om zodoende de touwtjes in eigen handen te kunnen houden. Met zijn onderwerpen eert hij het volkse Nederland waarbij het altijd balanceren is op het slappe ethische koord.

Hugo Drechsler
“Filmmaken is voor mij een tool om achter de deur te komen bij mensen. Ik ben zo extreem nieuwsgierig!”
Hugo Drechsler
Op de Nederlandse Filmacademie heersten twijfels onder Hugo’s docenten, die verwachtten dat ze als paradijsvogels neergezet zouden worden. “Je moet je onderwerpen bloedserieus nemen. Paul en Paul hebben we bij de montage al gevraagd wat ze ervan vonden.” Dramaturgen Nadine Jansen en Lemuël de Graav zijn Hugo’s externe geweten. “Zij zitten heel erg op de ethiek, en hebben een ander perspectief op het onderwerp dan ik heb. Zij houden het in balans.”
Een volgende productie van Mooie Nel, het productiehuis dat Hugo opzette met studiegenoten Joey Jansen, Thijmen Knook en waar later Floor de Wolf bij aansloot, gaat over Richard Craane, de volkszanger die een kleine bijrol had op de verjaardag van Paul. “Ik probeer nu een portret van hem te maken waarbij ik hem wat sterker in zijn schoenen probeer te zetten. We zijn nu aan het researchen. Waarschijnlijk gaat het over ambities, maar ook over de moeder-zoonrelatie. Ik ga echt op zoek naar een diepere universele laag, zodat het niet gewoon een film wordt over een kroegartiest.”
Paul en Paul is ook de oorsprong geweest voor een documentairereeks over ex-gedetineerden die moeten re-integreren in de maatschappij. “Ik heb wel wat moeite met ons rechtssysteem. Als iemand zijn gevangenisstraf heeft uitgezeten zou je verwachten dat die persoon weer met een schone lei kan beginnen. In werkelijk heeft je familie je vaak verstoten tijdens je detentie, en een baan vinden lukt niet omdat niemand een moordenaar op kantoor wil hebben. Niemand wil naast een pedofiel wonen. Het idee is dat we een jaar lang het re-integratieproces gaan volgen.”
Een productiebedrijf Mooie Nel noemen vraagt om uitleg (de kat van ondergetekende heeft overigens dezelfde naam). “We hebben onszelf niet vernoemd naar het biertje hoor. Eerder naar de plas. Maar ook niet per se. We waren op zoek naar een naam die de lading van onze films dekt. Een beetje het simpele, alledaagse. En ik vond Nel altijd wel lekker klinken. Toen ik het voorstelde vond iedereen het goed klinken. We hebben er alleen niet bij stilgestaan dat de vindbaarheid op Google niet fantastisch is, door dat biertje, haha.”
Het eerste idee voor het oprichten van een eigen productiehuis ontstond na het verzoek van BNNVARA om met meer ideeën te komen. “Normaal doe je dat samen met een productiehuis, maar Joey en Thijmen wilden graag zelf ondernemen. Toen dachten we: laten we gewoon zelf producent worden. Ik vind ondernemen ook leuk, maar ik ben niet van de cijfertjes. Ik hou juist van de creatieve kant. Alles komt samen in ons vieren. Wat ook leuk is, is dat we als productiehuis weer met andere filmmakers kunnen samenwerken. Dan kan ik daar weer mijn creatieve visie overheen laten gaan.”
Het vergt wat aanpassingsvermogen om niet meer kosteloos te kunnen werken. “Op de Filmacademie was eigenlijk alles gratis. Een editor, apparatuur. Nu kost alles geld, maar tot op heden gaat het eigenlijk best goed, we kunnen leven van film.” Toch is er geen constante stroom van liquide middelen. “We hebben nu vooral ervaring met omroepen, en wat daaraan opvalt is dat alles erg traag gaat. Dan moet je weer schrijven om door te gaan naar een volgende ronde, dan weer researchen, dan krijg je weer wat geld. Het klinkt wel een beetje als een luxeprobleem, maar het begint een beetje een sleur te worden zo. Ik probeer wel verder te gaan met schrijven als we op een aanvraag wachten. Over een jaar zitten de projecten allemaal in verschillende fases, dan wordt die sleur vanzelf minder. Het lijkt me soms ook wel lekker om even uit de filmbubbel getrokken te worden, door bijvoorbeeld een dag per week in een koffiezaakje te gaan werken ofzo.”
“Op de Filmacademie was eigenlijk alles gratis. Een editor, apparatuur. Nu kost alles geld, maar tot op heden gaat het eigenlijk best goed, we kunnen leven van film.”
Hugo Drechsler
Het was Frans Bromet met zijn serie Buren die Hugo aanspoorde om zelf ook films te gaan maken. “Die man komt met zijn camera binnen bij mensen, die hem en zijn camera meteen superserieus nemen. Ik vond het zo interessant dat hij alles kan doen wat hij wil. Het grappige is dat hij helemaal niet interviewt, hij herhaalt bijna alleen maar wat die mensen zeggen. Zij voelen zich dan gehoord en blijven maar praten!” Visueel pakt Hugo het wel anders aan dan Bromet. “Hij heeft mij eens feedback gegeven op een paar dingen die ik liet zien. Hij vond het veel te mooi, en vroeg zich af waarom alles er als een speelfilm uit moest zien. Ik heb toen geleerd om alles klein te houden. Ik had ooit het idee om allerlei metaforische lagen te filmen, Canta’s in de fik te steken, maar inmiddels denk ik dat dat alleen maar afleidt.”
De goede verstaander heeft inmiddels begrepen dat Hugo een zwak heeft voor het volkse. “Waar die fascinatie vandaan komt snap ik zelf ook niet goed. Er wordt vaak minachtend over groepen gedaan, waar ik het absoluut niet mee eens ben. Wat ik probeer te doen is mensen die normaal geen podium krijgen er een te geven. Ook ik heb wel eens aannames als ik iemand op straat zie lopen. Ik denk dan degene stemt dit, of diens woonkamer ziet er zo uit. Als je dan met zo iemand in gesprek gaat blijkt het toch anders te zijn. Soms vraag ik me af of mensen überhaupt wel goed snappen wat ze zeggen of vinden. In Amsterdam-Noord werd eens een varkenskop door het raam gegooid bij een Marokkaans gezin dat nieuw in de buurt was. Ik dacht: what the fuck, dat kan echt niet. Maar ik denk ook meteen: dat móet ik filmen. Als kijker beleef je door documentaires dingen die je anders nooit mee zou maken. Wat ik wel moeilijk vind is dat Paul en Paul eigenlijk racistische mannen zijn, die nu een podium hebben. Maar ik denk dat ook zij het verdienen om gehoord te worden. Zo kunnen we misschien dichter bij elkaar komen, misschien kunnen we iets moois vinden in elkaar.”
“Bedenk wat je altijd al had willen weten en ga gewoon op onderzoek. En ga naar buiten. Mensen zeiden altijd tegen mij dat je eerst moet bedenken waarover je film moet gaan, welke thematiek erin moet zitten, maar mij belemmert dat juist. Ik moet getriggerd worden door iets wat ik zie.”
Hugo Drechsler
Als het aan Hugo ligt brengt de toekomst hem nog een bioscoopfilm. Maar ook de oneindige bron aan dagelijks op internet geslingerde content biedt kansen. “Misschien kun je daar over een paar jaar een fantastische archieffilm van maken.” Nieuwe lichtingen wil hij graag meegeven om vooral dicht bij zichzelf te blijven. “Bedenk wat je altijd al had willen weten en ga gewoon op onderzoek. En ga naar buiten. Mensen zeiden altijd tegen mij dat je eerst moet bedenken waarover je film moet gaan, welke thematiek erin moet zitten, maar mij belemmert dat juist. Ik moet getriggerd worden door iets wat ik zie. Dan ga ik op zoek naar de overeenkomsten tussen mij en de ander. En, blijf je afvragen of je iets zeker weet, of dat het een aanname is. Die tip kreeg ik van Astrid Bussink. Zonder me dit de hele tijd af te vragen was ik ook niet bij het SS- en het incestverhaal van Paul en Paul gekomen.”