Embrace of the Serpent

In zilverige zwartwitbeelden van een ongekende schoonheid vertelt regisseur Ciro Guerra het verhaal van de Duitse ontdekkingsreiziger Theodor Koch-Grünberg en zijn evenbeeld, de Amerikaan Richard Evans Schultes.

Beiden reizen, respectievelijk in 1909 en 1940, vergezeld door de inheemse sjamaan Karamakate, door het oerwoud, op zoek naar een geneeskrachtige, psychotrope plant. Hun tocht legt bloot welke verwoestingen de kolonisten hebben aangericht: rubberplantages vernietigen het regenwoud, de inheemse stammen zijn soms uitgemoord tot de laatste man en Spaanse priesters oefenen een sadistisch schrikbewind over de kinderen in hun katholieke weeshuizen.

Het mystieke en aardse verenigd

Net zoals Jim Jarmusch (Dead Man) en Werner Herzog (Aguirre, der Zorn Gottes) verweeft Guerra in zijn portret van pioniers in de jungle onnadrukkelijk het gruwelijke met het schone, en het mystieke met het aardse. Daarmee is El abrazo de la serpiente een elegische ode aan de natuur en een waarschuwing voor de destructieve krachten in de mens.

Die negatieve krachten ziet de regisseur ook vertegenwoordigd in de groepen Europese en Noord-Amerikaanse toeristen die naar het oerwoud trekken voor een snelle spiritueel-psychedelische trip. Hun consumptieve gedrag staat haaks op de oude rituelen zoals die door de sjamanen in de lokale gemeenschappen werden uitgevoerd; inmiddels is in landen als Peru en Ecuador een ware psychedelica-toeristenindustrie ontstaan.

Inleiding door Erica Biolchini, docent Film- en Mediastudies Universiteit Van Amsterdam.