Ik raakte bekend met Alexander McQueen door zijn duistere, maar met name spectaculaire en surrealistische haute couture collecties. Ik kreeg echter pas een intiem inkijkje in de persoon door de fotografietentoonstelling The Unfinished Lee McQueen van Ann Ray, die nu te zien is tijdens het jaarlijkse fotografiefestival Les Rencontres d’Arles. De Franse fotografe ontmoette McQueen in 1996, toen hij benoemd werd tot artistiek directeur van Givenchy. Van 1998 tot zijn dood in 2010 legde zij McQueens leven vast – zowel voor als achter de schermen – van de donkerste dieptepunten tot de spectaculairste hoogtepunten. Ze bouwden een bijzondere vriendschap op en deelden onder andere hun liefde voor filmmaker Stanley Kubrick en fotografen Richard Avedon en Irvin Penn. Deze band leverde een bijzonder en uitgebreid oeuvre op van maar liefst 40.000 analoge negatieven; persoonlijke momentopnames van McQueens leven, een soort visueel dagboek. Dit zijn geen pure, rauwe documentaire- of snapshotbeelden; door negentiende- en twintigste-eeuwse fotografietechnieken te gebruiken, creëerde Ray dromerige en soms surrealistische beelden die de sfeer van zijn persoonlijke leven en werk goed hebben weten vast te leggen. Beelden die absoluut recht doen aan het uitzonderlijke en kunstige oeuvre van deze modemeester.
Het getroebleerde, spectaculaire en surrealistische leven en werk van modeontwerper McQueen
Claire Hoogakker schrijft over de nieuwe documentaire McQueen – over de gelijknamige succesvolle mode-ontwerper. Lee Alexander McQueen was een uitzonderlijke, artistieke persoonlijkheid die langzaam werd opgeslokt door de (mode)wereld.
Door Claire Hoogakker03 oktober 2018
Een bijzondere, verdiepende toevoeging op deze tentoonstelling bestaat uit fragmenten van de documentaire McQueen (2018), geregisseerd door Ian Bonhôte en Peter Ettedgui. McQueen geeft een persoonlijke kijk op het buitengewone leven, de carrière en het kunstenaarschap van Alexander McQueen. Door exclusieve interviews met zijn beste vrienden en familie, hersteld archiefmateriaal, prachtige beelden en muziek, geeft deze documentaire een authentiek visueel beeld en een intiem portret van een geïnspireerde, maar getroebleerde modevisionair. Deze documentaire gaat in op Lee Alexander McQueens persoonlijke leven en carrière: vanaf zijn start als kleermaker, tot de lancering van zijn gelijknamige lijn en – uiteindelijk – zijn vroegtijdige dood. Ik werd direct gegrepen door McQueens externe en innerlijke turbulente leven. Ik was dan ook al te verheugd toen ik las dat deze documentaire in zijn volledigheid vertoond zou gaan worden in ons kleine filmlandje.
McQueens vrienden en familieleden waren er aanvankelijk fel op tegen om het verhaal van de overleden ontwerper in documentaire-vorm te vertellen. Het merk, onder de creative direction van Sarah Burton, sloeg het aanbod aanvankelijk dan ook vriendelijk af. Voor de eerstgenoemden was het tragische verhaal van de zelfmoord van McQueen in februari 2010 nog te rauw en onverwerkt om na te vertellen. Sarah Burton voelde de sterke behoefte om vooruit te kijken in plaats van achteruit. Buiten familiaire kringen was er absoluut behoefte aan een dergelijke film over Lee’s leven. Sterker nog: toen de producenten hun idee opperden bij grote distributeurs, was het budget rond binnen slechts drie dagen.
Toen McQueens vrienden en familie begrepen dat de documentairemakers een zeer respectvol, cinematografisch verhaal voor ogen hadden – in plaats van een sensatiebeluste variant – gingen ze overstag. En dit is exact het resultaat: een intiem, respectvol en menselijk portret van een zoon, vriend, collega, en daarnaast één van de grootste modeontwerpers van de afgelopen decennia. Het zijn met name de close-upbeelden van zijn collega’s en vrienden die hun persoonlijke verhalen vertellen, aanzienlijk aangeslagen door emoties, die je als kijker bijblijven en die deze documentaire tot iets uitzonderlijk persoonlijks en hartverscheurends maken.
De documentaire beslaat daarnaast de volledige breedte van McQueens leven en carrière, van zijn afstuderen aan het Central Saint Martins in 1992, tot zijn benoeming als de creative director van Givenchy in 1997, zijn vertrek uit het Franse couturehuis in 2001 en van de laatste jaren die hij spendeerde aan zijn gelijknamige label tot zijn zelfmoord in 2010. De 111 minuten zitten boordevol boeiende beelden van zijn catwalk shows; van vroegere collecties, zoals The Birds – een treffend voorbeeld van McQueens voorkeur voor ‘wilde schoonheid’, overduidelijk geïnspireerd op Hitchcocks The Birds – tot het latere Plato’s Atlantis.
Er wordt visueel duidelijk gemaakt dat McQueen niet zomaar een modeontwerper was, maar dat hij een gekwelde kunstenaar was die zijn pijn wist om te zetten in spectaculaire en verbluffende creaties. De documentaire portretteert hem als een persoon die geplaagd wordt door de demonen van onder andere kindermishandeling. Men ziet een portret van een getraumatiseerde kunstenaar die ervoor koos om zowel de duisternis, alsook de schoonheden en waarheden van het leven voor anderen aan het licht te brengen. “Als je [de show] verlaat zonder emotie, doe ik mijn werk niet goed. Ik wil niet dat je het gevoel hebt dat je wegloopt bij een zondagse lunch; ik wil dat je afkeer of opwinding voelt.”
“Er wordt visueel duidelijk gemaakt dat McQueen niet zomaar een modeontwerper was, maar dat hij een gekwelde kunstenaar was die zijn pijn wist om te zetten in spectaculaire en verbluffende creaties”
Lee Alexander McQueen beëindigde zijn leven op veertigjarige leeftijd in februari 2010 – negen dagen nadat zijn moeder overleed aan de gevolgen van kanker. Direct hierna vloog de definitieve vrouwencollectie van de ontwerper en zijn zwanenzang – zijn aller- allerlaatste collectie, Plato’s Atlantis – over de toonbanken. Het commerciële succes en de zichtbaarheid van Alexander McQueen als merk hadden een hoogtepunt bereikt – het hoogtepunt van een ontwikkeling die helaas parallel liep met de levenslange dieptepunten en wanhoop van de ontwerper.
Alexander McQueen beschouwde zichzelf vanuit het oog van het publiek als de gazelle, en “de gazelle wordt altijd opgegeten”, aldus McQueen. De hele modewereld omarmde hem, maar allen wilden ook een stukje van hem, iets wat hem langzaam verscheurd heeft tot er niets meer van hem overbleef. In mijn ogen is hij een Koning, een koning die heeft bewezen dat mode een pure kunstvorm kan zijn, waar je je hart en ziel in kunt stoppen – en hoe helend kledingontwerpen kan werken. Of heeft gewerkt, voor een groot deel van zijn leven. Zoals de regisseur Bonhôte zich herinnert, was Lee in Londen “altijd overal aanwezig”. Nu, dankzij McQueen de documentaire, het meest meeslepende, ontroerende eerbetoon aan McQueen tot dusver, is zijn verhaal en invloed weer voor in de eeuwigheid aanwezig en vastgelegd op het witte doek.