Skip to content

Jacques Verbeek en Karin Wiertz: artwork in animatie

Filmmakers Jacques Verbeek en Karin Wiertz, actief in de jaren 70 en 80, werden bekend door hun ingenieuze animatiefilms. Eye beheert niet alleen deze films, maar ook de bijbehorende aantekeningen, schetsen, foto’s en artwork. Deze materialen getuigen van hun methodische manier van werken, eindeloos geduld en vooral inventiviteit en kunstzinnigheid.

Still van There is a Garden in My Head (1987), Karin Wiertz & Jacques Verbeek.
Still van There is a Garden in My Head (1987), Karin Wiertz & Jacques Verbeek.

Autodidact in animatie

Karin Wiertz en Jacques Verbeek volgden allebei een opleiding aan de Akademie voor Industriële Vormgeving in Eindhoven, en ook aan de meer vrijgevochten Vrije Academie Psychopolis in Den Haag. Zij waren aan beide opleidingen leerlingen van filmmaker Frans Zwartjes, maar zijn als animatiefilmers vooral autodidact. Kennis over animatietechnieken hebben zij zichzelf eigen gemaakt, waarbij ze werkmethodes proefondervindelijk ontwikkelden en vaak tot onorthodoxe oplossingen kwamen.

Karin Wiertz  & Jacques Verbeek. Foto door Bob Bronshoff.
Karin Wiertz & Jacques Verbeek. Foto door Bob Bronshoff.

Vormgeving

Elke nieuwe film was voor Verbeek en Wiertz een zoektocht naar nieuwe cameramogelijkheden en animatietechnieken. Geen enkele film is daarom in werkwijze of techniek hetzelfde.
In de volledig analoog gemaakte animatiefilms van Verbeek en Wiertz is het verhaal ondergeschikt aan de vormgeving. Het gaat om de choreografie van abstracte, figuratieve en architectonische elementen. In Slippery Slope (1972) wisselen elementen van een kamer en een landschap elkaar af.

Artwork Slippery Slope (1972). Met verf en witte plakfolie ingekleurde cel.
Artwork Slippery Slope (1972). Met verf en witte plakfolie ingekleurde cel.
Artwork Keep on Turning (1972). Naast traditionele rechthoekige cels, experimenteerden Verbeek en Wiertz met zelf gesneden ronde cels die met een systeem gebaseerd op het mechaniek van een platenspeler werden opgenomen.
Artwork Keep on Turning (1972). Naast traditionele rechthoekige cels, experimenteerden Verbeek en Wiertz met zelf gesneden ronde cels die met een systeem gebaseerd op het mechaniek van een platenspeler werden opgenomen.

Doe-het-zelf-mentaliteit

Verbeek en Wiertz construeerden decors en cameraopstellingen vaak met huis-tuin-en-keuken-middelen in hun huis in Eindhoven of op speciale locaties, zoals een oude school. Voor de maataanduiding op de animatietafel werd bijvoorbeeld een meetlint uit de fourniturenvoorraad gebruikt. Alleen als de financiële ruimte het toeliet werd er nieuwe foto- of filmapparatuur aangeschaft, zoals in 1973 met het winnen van de Billiton-Van der Rijn-prijs.

Fotopapier en plastic cels

In het archief van Verbeek en Wiertz zijn veel op papier afgedrukte foto’s te vinden die zij maakten als voorstudies voor nieuwe films. Voor de uiteindelijke filmopnames werden soms reeksen opeenvolgende foto’s gebruikt. In de film Between the Lights (1975) zijn alle beelden van maquette, decorstukken en vrouwenfiguur eerst gefotografeerd en op fotopapier afgedrukt. Daarna werden accenten handmatig met kleurpotlood ingekleurd en beeld-voor-beeld met de filmcamera opgenomen.Daarnaast werkten zij veel met celanimatie, de methode die in die jaren gangbaar was: daarbij werden achtergrondtekeningen gecombineerd met geschilderde bewegingsfasen op cels (transparante vellen plastic). Maar Verbeek en Wiertz beplakten cels ook met fotoknipsels en gekleurde folies.

Met potlood ingekleurde foto uit Between the Lights (1975). De perforatiegaatjes onder in het papier houdt het artwork tijdens de opnames exact op de juiste plek.
Met potlood ingekleurde foto uit Between the Lights (1975). De perforatiegaatjes onder in het papier houdt het artwork tijdens de opnames exact op de juiste plek.
Met potlood ingekleurde foto uit Between the Lights (1975).
Met potlood ingekleurde foto uit Between the Lights (1975).

Rekenwerk spreekt uit artwork

Voor de film Easy Action Animated (1978) werd een set gebouwd bestaande uit een draaibare witte kubus, waarvan de wanden demontabel waren. De choreografie van de twee acteurs was op mathematische wijze vooraf uitgedacht. Voor de opnames werden de voetstappen op de vloer uitgetekend.
Eén stap bestond uit acht fasen. Tijdens de opnames van de reeksen foto’s moesten beide acteurs honderden keren in een bepaalde bewegingsfase stil blijven staan. De veelheid aan stukken artwork getuigt van het vele rekenwerk dat bij hun manier van werken te pas kwam.

Een stapel artwork uit Easy Action Animated (1978).
Een stapel artwork uit Easy Action Animated (1978).
Artwork uit Easy Action Animated (1978). Fotopapier ingekleurd met potlood.
Artwork uit Easy Action Animated (1978). Fotopapier ingekleurd met potlood.

Uitgewerkte scenario’s of storyboards zijn er in het archief niet te vinden. Ideeën en concepten ontstonden vaak vanuit een conceptuele of visuele fascinatie en werden vastgelegd in aantekeningen op schrift, potloodschetsen of foto’s.
Een voorliefde voor wenteltrappen leidde bijvoorbeeld tot een zoektocht naar bestaande locaties in de openbare ruimte. Maar voor de uiteindelijke opnames van The Case of the Spiral Staircase (1981) werden een schaalmodel gebouwd en een decor met een aantal traptreden op ware grootte.

Foto van maquette voor The Case of the Spiral Staircase (1981).
Foto van maquette voor The Case of the Spiral Staircase (1981).

Beeld voor beeld

In het onderstaande fragment is goed te zien hoe schetsen, schaalmodel en foto's de essentiële bouwstenen zijn van The Case of The Spiral Staircase. Het fragment is afkomstig uit de documentaire Beeld voor Beeld (1985) van Nico Crama.

Fragment uit Beeld voor Beeld (1985), Nico Crama. Met dank aan het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid.

Symbiotisch

De taakverdeling tussen Verbeek en Wiertz is moeilijk exact te duiden want zij deden veel samen. Wel was Verbeek vaker degene áchter de camera, en Wiertz degene vóór de camera. In alle films waarin mensen voorkomen figureert zij als model – meestal met een pruik en met zorgvuldig geselecteerde kleding, om het uiterlijk exact hetzelfde te houden tijdens de vaak langdurige opnames.

Bloemenzee in textiel

Met name in de film There is a Garden in my Head (1987) zijn diverse materialen en animatietechnieken gecombineerd. Met de pixilationtechniek werd het model, dat op een zelfgemaakt wandkleed lag, direct onder de filmcamera beeld-voor-beeld opgenomen.
Tegelijkertijd werden op het naakte lichaam dia’s geprojecteerd met florale motieven en werden animaties uitgevoerd met van stof gemaakte bloemen. Verder zijn er in de film animaties gemonteerd van knipsels die zijn samengesteld uit foto’s van stukken bont, textiel en kunstbloemen.

Artwork There is a Garden in my Head (1987): bloemvormen van textiel.
Artwork There is a Garden in my Head (1987): bloemvormen van textiel.
Still uit There is a Garden in my Head (1987).
Still uit There is a Garden in my Head (1987).

Conserveren

Het werkproces van Verbeek en Wiertz vindt zijn weerslag in de grote diversiteit aan materialen in het archief. Hoe bijzonder het maakproces van deze filmmakers is geweest wordt direct zichtbaar als de animatiefilms in samenhang met het vele artwork, de aantekeningen en het schets- en fotomateriaal worden bestudeerd.

Met het verstrijken van de tijd vertoont dit materiaal steeds meer tekenen van verval; papier verkleurt, verf brokkelt af, lijm droogt uit waardoor knipsels loslaten en plastic cels verliezen hun flexibiliteit en raken vervormd. Een langdurig behoud van deze materialen vraagt om zeer specifieke bewaaromstandigheden in gecontroleerde depots en actieve conservering vraagt om kennis van gespecialiseerde restauratoren.

Mette Peters

Mette Peters is filmhistoricus en animatiespecialist. Zij houdt zich bezig met conserveringsvraagstukken rond Nederlands audiovisueel erfgoed, door publicaties en samenwerkingsprojecten met archieven en specialisten. Verder doet zij bij Universiteit Utrecht onderzoek naar de creatieve praktijk van animatiefilmers in Nederland tijdens het interbellum en is zij docent aan de animatieopleiding van de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht.