Formulefilms
Het tij keerde zich echter al snel tegen deze Nederlandse formulefilms. Was de pers nog positief over de kwaliteit van De Jantjes en mild over de tekortkomingen van deze eerste film, op de opvolgers werd minder verdraagzaam gereageerd. Fouten werden feilloos blootgelegd en magere verhaaltjes stuk voor stuk afgewezen. De kritiek gold vooral de producenten en financiers, die geldelijk gewin boven artistieke of inhoudelijke kwaliteit hadden geplaatst.
De critici verdedigden hun houding met de opmerking dat het mede hun taak was de Nederlandse film naar een hoger niveau te brengen. Volgens hen werden zij juist daarom geacht extra kritisch naar de behaalde resultaten te kijken. Slechts een enkele film vond in hun ogen nog genade. Onder deze uitzonderingen bevonden zich Op hoop van zegen, Dood water, De kribbebijter en Jonge harten.