Skip to content

De jaren veertig en vijftig

Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn ook in de filmindustrie veel mensen gedood of naar het buitenland gevlucht. De filmstudio's waren geplunderd en vernield. De wederopbouw betekent noodgewongen een nieuwe start voor de Nederlandse film.

Nederlandse filmgeschiedenis: de jaren veertig en vijftig

Titelkaart Nederlandse Onderwijs Film (NOF)

Stichting Nederlandse Onderwijsfilm (NOF)

Begin jaren veertig kwam het plan op om leraren educatieve films te laten tonen in de eigen klas. Zo werd tijdens de bezetting de Stichting Nederlandse Onderwijsfilm opgericht.

Still uit Herwinnen door Werken (1946), Alex Roosdorp.
Still uit Herwinnen door Werken (1946), Alex Roosdorp.

De Wieringermeer van Marofilm

Alex Roosdorp en zijn vrouw Marie maakten drie keer filmopnamen in de Noord-Hollandse Wieringermeer, in de periode 1938-1948.

Collectiefoto LO-LKP FOT132748

LO-LKP (NL, Max de Haas, 1949)

Tweede Wereldoorlog en verzet: van LO-LKP tot De overval

Na de Tweede Wereldoorlog waren de filmstudio's in Duivendrecht en Wassenaar onbruikbaar en een flink aantal vakmensen uit de filmindustrie was dood, geëmigreerd of gestopt.

De overval (1962), Paul Rotha
Still van De overval (1962), Paul Rotha.

De eerste Nederlandse oorlogsfilms

De veranderende tijdgeest is goed terug te zien in de Nederlandse oorlogsfilm. Vooral ónze visie op de oorlog is wat er opdoemt uit de beelden.

Affiche voor De vliegende Hollander (NL, Gerard Rutten, 1957)

Eindelijk steun voor de Nederlandse speelfilm

In 1946 verscheen voor de eerste maal een post ‘filmproductie’ op de Rijksbegroting. Voor het eerst was de overheid bereid structureel te investeren in film.

Use permit granted by the NOF to show films in the classroom.

Films van de NOF

De grote meerderheid van de NOF-titels was bestemd voor de lessen aardrijkskunde en biologie.

Still uit Wie gaat mee? (NL, Reinier Meijer, 1942)

Filmdidactiek

De films die de Stichting Nederlandse Onderwijsfilm (NOF) in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw verspreidde, hebben uiteenlopende didactische uitgangspunten.

Publiciteitsfoto Secret File, U.S.A.

Buitenlandse producties in Cinetone in de jaren vijftig en zestig

De komst van buitenlandse producers en filmploegen naar Duivendrecht vormde dé kans voor het studiopersoneel om meer ervaring op te doen.

Still uit Hello television (US, Leslie Pearce, 1930)

De komst van televisie

Televisie bevond zich in de jaren dertig nog in de experimentele fase, maar het medium ontwikkelde zich snel en na de Tweede Wereldoorlog was het niet meer te stuiten.

Bert Haanstra, Rudolf 'Rudi' Meyer en Hans Kaart op de set van Fanfare (NL, Bert Haanstra, 1958).

Rudi Meyer en Joop Landré

De eerste producenten die trachtten voor continuïteit in de naoorlogse Nederlandse filmproductie te zorgen, waren Rudi Meyer en Joop Landré.

Affiche van Alleman (NL, Bert Haanstra, 1963)

De Nederlandse documentaire in de bioscopen: Alleman en de jaren zestig

Begin jaren zestig verschenen er binnen enkele jaren een aantal lange Nederlandse documentaires als hoofdfilm in de bioscopen.

Jan de Vaal, Janus van Domburg, Jan Keizer, Helen van Dongen, Frits van der Molen en Charles Boost op het filmfestival EXPRMNTL in Knokke in 1949.

Jan de Vaal, Janus van Domburg, Jan Keizer, Helen van Dongen, Frits van der Molen, Charles Boost. Filmfestival EXPRMNTL, Knokke 1949.

De criticus als hoeder

Net als de vooroorlogse Filmliga had filmcriticus Janus Van Domburg grote kritiek op de amusementsfilm zoals die in Hollywood werd gemaakt. Hij bepleitte de meer kunstzinnige film.

Affiche voor Internationaal Film Festival Rotterdam, 1979.

Festivals in Nederland

Na de opkomst van buitenlandse filmfestivals wilde Nederland niet achterblijven; in 1955 werd de eerste Arnhemse Filmweek georganiseerd.

Still uit Mad Nest (FR/NL, Shinkichi Tajiri, 1955)

De naoorlogse avant-garde

De vooroorlogse avant-gardistische films bleven lang beeldbepalend. Pas in 1958, tijdens het tweede festival van de experimentele film in Brussel, ging er een nieuwe wind waaien.

Still uit De avonturen van Pietje Bell (NL, Henk van der Linden, 1964)

De kinderfilm van Laan tot Van der Linden: jongenshelden

Zeker in de eerste zes decennia van de vorige eeuw had de productie van Nederlandse kinderfilms een eigen dynamiek die losstond van de productie van andere speelfilms.

Still uit Vier rakkers en een oude jeep (1959, Henk van der Linden).
Still uit Vier rakkers en een oude jeep (1959, Henk van der Linden).

Kleine kijkers, groot publiek: de kinderfilms van Rex Film

Kinderen zijn dol op film. De films van Henk van der Lindens productiemaatschappij Rex Film trokken vanaf de jaren vijftig volle bioscoopzalen, jaar in, jaar uit.

Een lange rij voor bioscoop Thalia aan de Rotterdamse Kruiskade, 1971.

Thalia, Rotterdam, 1971.

Hoogtijdagen en terugval

Tot de jaren zeventig was het aandeel van de Nederlandse film een paar procent, maar dit verandert met Turks fruit, Blue Movie, Wat zien ik?, Soldaat van Oranje en Keetje Tippel.

Begintitel, Spiegel van Nederland. No. 1 (NL, Onbekend, 1958).

Spiegel van Nederland

In het najaar van 1957 gaf de Nederlandse Bioscoopbond toestemming aan Haghe Film en Triofilm om met een eigen journaal te komen.

Still uit Kleren maken de man (NL, Georg Jacoby, 1957)

Filmforum en het verdict tegen de Nederlandse speelfilm

In oktober 1957 werd er in het blad Filmforum een open brief aan de producenten van Nederlandse speelfilms gepubliceerd waarin werd afgerekend met de Nederlandse speelfilm.